Read with BonusRead with Bonus

Hoofdstuk Driehonderdnegenenzestig

ANASTACIA

“Verdomme!” snauw ik, springend van mijn stoel op Pauls schoot om door de keuken te ijsberen. “Het gaat niet werken,” grom ik, en ik geef er geen moer om dat Breesi in de kamer is.

Ze zit nu diep in haar roes en let niet eens op me terwijl Goose haar worst voert vanaf het uiteinde va...