Read with BonusRead with Bonus

Hoofdstuk 48 We gaan trouwen

De lippen van meneer Satan bedekten de hare, en maakten haar stil.

"Emily, dit is een gelofte, geen wens."

Ze beet op haar lip. "Doe maar alsof het een wens is."

Hij zuchtte diep, een mengeling van geluk en berusting. "Emily, je bent te goedhartig."

"Wat bedoel je?"

"Gelukkig ben ik degene die ...