Read with BonusRead with Bonus

Hoofdstuk 137 Toad

Ik werd wakker door de misselijkmakende geur van rottend vlees. Het karkas van de wilde hond in de grot begon te ontbinden.

"Bah," kreunde ik, terwijl ik mijn neus optrok. "Hoe lang ben ik al buiten westen?" Ik raakte mijn wang aan. De wond was genezen, en de nieuwe huid was glad en jeukte niet mee...