Read with BonusRead with Bonus

208. „Hij spreekt couramment.”

De man voor me glimlacht onmiddellijk wanneer hij naar me kijkt, zijn ogen rimpelen lichtjes in de hoeken, oprecht blij om me hier te zien.

Hij is lang—lang genoeg dat ik mijn gezicht omhoog moet kantelen om hem goed te kunnen zien. Zijn lichtbruine, licht golvende haar is naar achteren gekamd, hoew...