Read with BonusRead with Bonus

Hoofdstuk 57 Ze zei: „Ik kan onmogelijk een man willen die bedrogen is.”

"Ik kan onmogelijk verlangen naar een man die heeft bedrogen." Haar hoofd was gebogen, haar stem kalm en zacht, maar gevuld met een onmiskenbare vastberadenheid. Ze kon zijn plotselinge toenadering niet langer verdragen. Als hij niet met die vrouw was geweest, dan zou ze hem, zelfs als hij twee jaar...