Read with BonusRead with Bonus

Hoofdstuk zeventig

We volgden Eira door de smalle stenen gang, de lucht werd kouder met elke stap. Zwak gloeiende fakkels verlichtten de weg, werpend lange, flikkerende schaduwen op de muren. De plek rook naar aarde en magie—een oude, zware geur die mijn wolf onrustig maakte in de achterhoofd van mijn gedachten.

De t...