Read with BonusRead with Bonus

Hoofdstuk veertig

Het zonlicht dat door de gordijnen scheen, deed weinig om de zwaarte in de lucht te verlichten. Ik zat opgerold in een hoek van Elijah’s bed, mijn armen stevig om mijn knieën geslagen. De gebeurtenissen van de vorige dag speelden als een spookachtige melodie door mijn hoofd. Mijn ogen waren gezwolle...