Read with BonusRead with Bonus

Hoofdstuk Honderd en Zes

De nacht was akelig stil terwijl we de voet van het bergketen naderden. Een dikke mist had zich over het terrein neergelegd, de rotsachtige hellingen gehuld in een spookachtige waas. Ik trok mijn jas strakker om me heen, de koele lucht beet in mijn huid.

"Hier horen we niet te zijn," mompelde Alex,...