Read with BonusRead with Bonus

Hoofdstuk Tweehonderdnegenenzeventig

Toen de vlammen haar huid begonnen te likken, slaakte ze een kreet van absolute angst. Ze voelde de hitte tot in haar botten. Grote tranen rolden over haar wangen, maar ze waren niet genoeg om de vlammen te stoppen die haar lichaam verslonden.

Toen kwam het bij haar op—de naam die ze moest roepen.

...